Het tempo waarmee spieren achteruitgaan, wisselt vaak per spiergroep en per persoon. In het verloop van de ziekte kunnen de volgende verschijnselen optreden, naast de eerder genoemde klachten:
- droge of tranende ogen, doordat de oogleden onvolledig sluiten;
- verstijving (contracturen) van vingers, knieën of enkels;
- pijnklachten aan gewrichten (meestal de knieën) door overbelasting;
- vochtophoping rond de enkels en koude voeten, als deze weinig bewegen;
- botbreuken ten gevolge van het vallen;
- ondervoeding of verminderde eetlust bij ernstige slikklachten;
- zeldzaam: zwakte van ademhalingsspieren, waardoor benauwdheid ontstaat bij platliggen of bukken;
- slaapstoornissen;
- herhaalde longontstekingen door verslikken;
- onduidelijkere stem door slijmophoping bij slikklachten.